JULIE KLASSEN E en dame onwaardig JULIE KLASSEN E en dame onwaardig ROMAN Na een ongeval wordt een gezelschapsdame onverwacht aangezien voor een vrouw van stand. Een geluk bij een ongeluk? Als Hannah Rogers bijkomt in een voor haar onbekende kamer, wordt ze omringd door liefdevolle blikken, maar geen van de mensen aan haar bed komt haar bekend voor. Haar geheugen heeft haar in de steek gelaten. De ring aan haar vinger vertelt haar dat er iets niet klopt en vaag herinnert ze zich een tragedie met een baby. Als haar langzaam duidelijk wordt wat er zich in het verleden heeft afgespeeld en welke vergissing er is gemaakt, besluit ze haar mond te houden. Alleen wat zal Sir John doen als hij haar bedrog ontdekt? Hoewel iedereen beweert dat ze veilig is, begeeft ze zich in een huis vol vreemdelingen en kan ze niemand vertrouwen buiten zichzelf. Julie Klassen schrijft intrigerende romans die zich afspelen in de Regency-periode in Engeland. Eerder verschenen van haar hand onder andere De apothekersdochter, De stille gouvernante en Het geheim van Pembrooke Park. ISBN 978 90 297 2429 6 NUR 342 www.uitgeverijvoorhoeve.nl
Julie Klassen Een dame onwaardig Roman Vertaald door Susanne Castermans-Nelleke Een dame onwaardig 1-400.indd 3 04-08-15 13:28
Nederlandse vertaling © Uitgeverij Voorhoeve – Utrecht, 2015 Postbus 13288, 3507 LG Utrecht www.kok.nl www.puurvandaag.nl Oorspronkelijk verschenen onder de titel Lady Maybe bij The Berkley Pu- blishing Group, een imprint van Penguin Publishing Group, een onderdeel van Penguin Random House LLC. © Julie Klassen, 2015 Vertaling Susanne Castermans-Nelleke Omslagillustratie Penguin, Richard Jenkins Omslagontwerp Hendriks grasche vormgeving Opmaak binnenwerk ZetSpiegel, Best ISBN 978 90 297 2429 6 ISBN e-book 978 90 297 2430 2 NUR 342 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveel- voudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisc h, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder vooraf- gaande schriftelijke toestemming van de uitgever. All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stor ed in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, elec tro- nic, mechanical, photocopying, recording, or otherwise, without the prio r written permission of the publisher. Een dame onwaardig 1-400.indd 4 04-08-15 13:28
Advertentie Gedienstige gezelschapsdame Vrouw in haar 24e levensjaar is naarstig op zoek naar be- trekking zoals hierboven vermeld. Ze is muzikaal, kan goed voorlezen, is huiselijk en ijverig, en kan zeer worden aanbevolen. Is zeer geschikt voor een oudere dame. Reacties naar A.R.A., postkantoor, High Wycombe. The Times of London, 1847 Een dame onwaardig 1-400.indd 9 04-08-15 13:28
11 1 Bath, Engeland 1819 Lady Marianna Mayeld zat aan haar toilettafel – gekleed, ge- kapt en gepoederd. Ze deed net of ze geïnteresseerd was in haar eigen spiegelbeeld, maar in werkelijkheid keek ze naar het dienst- meisje achter haar dat haar allerlaatste bezittingen aan het inpak- ken was. Sir John was die ochtend al vroeg naar haar kamer gekomen en had gezegd dat ze nog diezelfde dag uit Bath zouden weg- gaan. Hij weigerde haar te vertellen waar ze naartoe zouden gaan, bang dat ze Anthony Fontaine daarover op de een of an- dere manier zou informeren. Ook mocht ze geen van de be- dienden meenemen, die natuurlijk zouden willen weten waar ze naartoe gingen en zich de bestemming wellicht zouden laten ontvallen. Marianna’s maag kneep zich samen. Dacht hij nu werkelijk dat nóg een verhuizing haar zou kunnen tegenhouden? Hém zou kunnen tegenhouden? Ze schoot overeind en beende naar het raam. Met een frons trok ze de vitrage opzij. Daar, in de stallen aan de achterzijde, waren de stalknecht en de koetsier het nieuwe rijtuig aan het gereedmaken voor het vertrek. Ze vervingen de kaarsen op de veren in de koperen lantaarns en controleerden de wielen en de vering. Een dame onwaardig 1-400.indd 11 04-08-15 13:28
12 Nu wist ze waarom hij een reisrijtuig had besteld dat bijzon- der geschikt was voor lange tochten. Het was een dure koets, maar een man als sir John Mayeld werd niet warm of koud van zo’n uitgave. Niet wanneer hij vastbesloten was er heimelijk met haar vandoor te gaan en de eventuele achtervolgers het nakijken te geven. Anthony zal me toch wel vinden. Natuurlijk. De laatste keer dat ze waren verhuisd en hier in Bath waren gaan wonen, was hem dat ook gemakkelijk gelukt. Maar toch had ze graag dat hij wat vroeger uit Londen zou terugkeren, nog voordat ze vertrokken. Wellicht zou hij dan eindelijk sir John trotseren en hem vertellen wat hij kon doen met zijn vergeefse plannen en voor eens en voor altijd een einde maken aan dit schertshuwelijk. Er werd geklopt op de post van de deur die openstond. Met de frons nog op haar gezicht keek ze vluchtig om in de ver- wachting daar sir John te zien staan met een of andere opdracht. In plaats daarvan was het de butler, Hopkins. ‘Er is bezoek voor u, mevrouw.’ Marianna’s hart maakte een sprongetje. ‘Het is jurouw Rogers,’ ging hij verder. ‘Bent u thuis of z al ik haar wegsturen?’ Marianna’s kortstondige verrukking bekoelde, maar niet hele- maal. ‘O nee, stuur haar zeker niet weg,’ zei ze. ‘Breng haar maar naar de zitkamer.’ ‘Uitstekend, mevrouw.’ Hopkins boog en vertrok. De komst van haar voormalige gezelschapsdame was beslist een verrassing, zeker omdat Hannah Rogers een half jaar geleden zo plotseling was vertrokken. Maar het was geen onaangename verrassing. Bedroefd wierp Marianna even een blik op haar lege kasten, verliet vervolgens haar slaapkamer en begaf zich naar beneden. Een bekende, slanke guur stond op bij haar binnenkomst en overstelpte Marianna met een nostalgisch gevoel van genegen- heid – gevolgd door een gevoel van verraad dat de vrouw zon- Een dame onwaardig 1-400.indd 12 04-08-15 13:28
13 der een woord te zeggen was vertrokken. Ze slikte de bittere wrok in en zei: ‘Hannah! Nee maar. Ik had niet verwacht jou ooit nog terug te zien.’ De jonge vrouw keek haar gespannen aan. ‘Milady.’ Met een stralende glimlach zei Marianna: ‘Je komt als geroe- pen, een waar godsgeschenk – als ik in die dingen zou geloven. Wat een timing! Dat je juist nu weer terugkomt.’ Hannah Rogers vouwde haar handen stevig ineen en sloeg haar ogen neer. ‘Ik… ik heb nooit mijn laatste toelage ontvangen.’ Gezelschapsdames ontvingen een bescheiden salaris dat toelage werd genoemd en niet ordinair ‘loon’. Marianna had het late ver- zoek niet verwacht, maar draaide er niet omheen. ‘Natuurlijk hoor je die te krijgen. Ik heb nooit begrepen waarom je wegging zonder je geld in ontvangst te nemen.’ Ze rinkelde met een bel die op een bijzettafeltje stond en Hopkins verscheen. ‘Vraag meneer Ward om de resterende toelage van jurouw Rogers te brengen, alstublieft.’ Toen de butler de kamer had verlaten, richtte Marianna zich weer tot Hannah en vroeg: ‘Hoe gaat het zo met je?’ ‘O…’ Jurouw Rogers vormde een vage glimlach. ‘Wel goed, dank u.’ Niet echt overtuigd nam Marianna plaats en bekeek haar aan- dachtig, de bedachtzame blik, de bleke huid en de duidelijk uit- komende jukbeenderen. Haar wangen waren meer ingevallen dan ze zich herinnerde. ‘Je lijkt in goede gezondheid te zijn,’ veroorloofde ze zich te zeggen. ‘Wellicht een beetje moe. En dun.’ ‘Dank u, milady.’ ‘Alsjeblieft, ga zitten. Normaal gesproken zou ik je iets aan- bieden, maar sir John vond het nodig om de meeste bedienden al weg te sturen. Ons resten slechts nog Hopkins, meneer Ward en een dienstmeisje.’ Hannah bleef staan maar Marianna drong niet aan. In plaats daarvan vroeg ze aarzelend: ‘En heb je al een nieuwe betrekking Een dame onwaardig 1-400.indd 13 04-08-15 13:28
14 gevonden? Ik wachtte nog op bericht van je, of een verzoek om een getuigschrift, maar er kwam niets.’ ‘Ja. Ik heb een andere aanstelling, of eigenlijk had ik die, tot voor kort.’ ‘O?’ Met meer hoop vroeg Marianna: ‘Je bent op dit moment niet in betrekking?’ ‘Nee.’ Marianna stond op en pakte enthousiast de hand van de jonge vrouw. ‘Nee maar, nogmaals, wat een timing. Want ik heb drin- gend behoefte aan een gezelschapsdame voor op reis.’ ‘Voor op reis?’ ‘Ja. Sir John is vastbesloten ons opnieuw uit onze vertrouwde omgeving weg te rukken. Net nu ik de mensen van Bath begin te waarderen. Maar hij wil van geen wijken weten en dus gaan we.’ Ze lachte met gemaakte vrolijkheid. ‘Zeg alsjeblieft dat je met me mee wilt gaan als mijn gezelschapsdame, Hannah. Hij laat me zelfs niet eens mijn kamenierster meenemen. Die heeft hij al weggestuurd.’ Marianna wist dat hij het waarschijnlijk ook niet goed zou vin- den als jurouw Rogers meeging, maar ze moest het proberen. Hannah schudde haar hoofd. ‘Ik kan niet weg uit Bath, me- vrouw. Niet nu.’ ‘Maar je moet! Ik zal… je toelage verdubbelen om je te over- reden. Als sir John daar niet mee akkoord gaat, zal ik mijn eigen geld gebruiken.’ Hannah aarzelde en stamelde: ‘Ik… ik weet helemaal niet waar u naartoe gaat.’ ‘Ik ook niet! Hij wil zelfs zijn eigen vrouw niet vertellen wat onze bestemming is. Is dat niet onzinnig? Hij denkt dat ik het tegen een zeker iemand zal vertellen, wat ik natuurlijk ook zou doen.’ Weer schudde Hannah haar hoofd. ‘Op dit moment kan ik niet weg. Ik heb hier familie –’ ‘Je vader woont in Bristol,’ wist Marianna nog. ‘En je bent bij hem weggegaan toen we hiernaartoe verhuisden.’ Een dame onwaardig 1-400.indd 14 04-08-15 13:28
15 ‘Ja, maar… dat was anders.’ ‘O, ik denk niet dat het nu zo anders is,’ zei Marianna op- gewekt. ‘Ik geloof niet dat we ver weg gaan. De laatste keer ver- huisden we slechts van Bristol naar Bath – alsof die paar kilo- meters ons van elkaar gescheiden zouden houden.’ Ze wist dat Hannah begreep dat ze verwees naar haar eerste liefde, die jurouw Rogers diverse malen had ontmoet. Toch aarzelde Hannah nog steeds. ‘Ik weet het niet…’ ‘O, kom toch mee, Hannah. Het is niet voor altijd. Als je het daar niet leuk vindt of terug moet naar je familie, ben je vrij om te gaan. Je bent tenslotte al eerder weggegaan toen je dat zo uit- kwam.’ Marianna glimlachte om de woorden te verzachten; een sneer en een geruststelling in één. Ze vervolgde: ‘Ik red het echt niet in mijn eentje; reizen met sir John naar een onbekende plek. Niemand die ons geruststelt. Geen bekende, vriendelijke gezichten. Hij staat erop dat we bij aankomst allemaal nieuwe bedienden in dienst nemen. Hopkins en zelfs meneer Ward gaan niet mee.’ Alsof het was afgesproken, ging de deur open en kwam de secretaris van haar man binnen. Ze zag Hannah verstijven. ‘Ah, meneer Ward. U herinnert zich Hannah Rogers vast nog wel.’ De dunne man met nog dunner haar en zijn pokdalige huid keek zonder enige uitdrukking in haar richting. ‘Ja, m’lady. Ver- trokken zonder op te zeggen, als ik het me goed herinner.’ ‘Ja, ach, dat doet er niet toe. Ze is hier voor haar toelage, die we haar terecht schuldig zijn, dus geen discussie alstublieft.’ Zijn ogen schitterden van ongenoegen of wellicht rebellie. ‘Ja, m’vrouw. Hopkins zei het al.’ Stijfjes wendde hij zich tot jurouw Rogers. ‘Ik heb een boete van uw “toelage” afgetrokken,’ begon hij uit de hoogte, ‘omd at u bent weggegaan zonder netjes op te zeggen, plus de elf dagen die u dat kwartaal niet aanwezig was. Dit is het restant.’ Jurouw Rogers stak behoedzaam haar hand uit en hield haar hoofd gebogen als een bedelaar. De man liet enkele soevereinen Een dame onwaardig 1-400.indd 15 04-08-15 13:28
16 en shillings in de uitgestoken handpalm vallen, al die tijd met een zelfgenoegzame glimlach op zijn gezicht. ‘Dank u wel,’ mompelde Hannah. Zonder een woord te zeggen draaide hij zich om en verliet de kamer. Huiverend keek Marianna hem na. ‘Ik kan niet zeggen dat ik het erg vind hem achter te laten. Een weerzinwekkende man. Hij keert terug naar Bristol om de zaken van sir John aldaar te behartigen.’ Hannah liet haar blik gaan over de munten in haar hand. ‘Ik ben dankbaar voor het aanbod, milady. Echt waar. Maar ik… moet erover nadenken.’ Marianna Mayeld bekeek haar aandachtig. Er was iets ver- anderd aan jurouw Rogers. Maar wat? ‘Denk er dan niet te lang over na,’ zei Marianna. ‘Volgens sir John vertrekken we vanmiddag om vier uur. Tenzij ik hem kan overhalen om dit onzinnige idee te laten varen. De jaloerse dwaas.’ Hannah keek haar vol tweestrijd aan. Bijna ellendig. Ze zei: ‘Als ik om half vier nog niet terug ben, wacht u dan niet op mij. Dat betekent dat ik niet zal komen.’ De uren verstreken veel te snel. Het dienstmeisje ging door met inpakken en Marianna met ijsberen. Maar Anthony kwam niet. En Hannah evenmin. Marianna keek door het raam van de salon naar de straat. Het reisrijtuig was naar de voorkant van het huis verplaatst en er waren nu vier paarden ingespannen. Het voorste paard stampte af en toe onstuimig met een hoef op de grond. Het dienstmeisje, de butler en een ingehuurde knecht stouw- den hun bezittingen in het vaste imperiaal – een grote, ondiepe koer boven op het dak. De overige bagage werd aan de achter- kant bevestigd, vastgesnoerd aan de buitenbank waar twee be- dienden hadden kunnen zitten, als sir John haar toestemming had gegeven om die mee te nemen. Juist op dat moment kwam hij met grote passen de kamer bin- nen in zijn ontzagwekkende jagersjas. Streng droeg hij Marianna Een dame onwaardig 1-400.indd 16 04-08-15 13:28
17 op haar handbagage te pakken en zich klaar te maken voor ver- trek, zodat Hopkins kon beginnen met het afsluiten van het huis. Hij draaide zich om en beende weg. Zijn grimmige blik duldde geen tegenspraak. Een van Marianna’s vriendinnen had haar gezegd dat ze ge- lukkig mocht zijn met een man die zo zelfverzekerd en autori- tair was. Marianna was het daar niet mee eens, maar ze wist dat het geen zin had om verder te redetwisten om in Bath te blijven. Het huis was al verkocht. Even keek ze op haar horloge. Tien voor half vier. Nog tien minuten… In de hoop dat haar voormalige gezelschapsdame op tijd zou zijn, pakte ze haar spullen en liep naar buiten. Naast het rijtuig stond sir John te praten met de ingehuurde postiljon die het eerste deel van de reis op het voorste paard zou rijden. Ze namen geen rijknecht of bewaker mee. Terwijl Marianna op hen toe liep, reikte sir John naar binnen en haalde een geweer tevoorschijn uit de verborgen wapenkist van de koets. Hij controleerde het en legde het toen weer terug op de geheime bergplaats. Blijkbaar zou hij zelf als bewaker optreden. Wellicht moest ze blij zijn dat Anthony toch niet was komen opdagen. Haar blik viel nogmaals op haar horloge. Half vier. Verdraaid. Ze had zo gehoopt dat Hannah zou komen. Plotseling verscheen ze aan het einde van Camden Place, waar de sikkelvormige straat uitkwam op Lansdown Street. Marianna was opgelucht. Een lange, donkerharige jongeman kwam op een sukkeldrafje achter Hannah aangelopen en greep haar bij haar elleboog. Ze waren te ver weg voor Marianna om het gesprek te kunnen horen, maar ze zag Hannah haar hoofd schudden en voorzichtig haar arm losmaken uit zijn greep. Ze zag berusting in haar blik, maar geen angst. Een vrijer wellicht? Als dat zo was, dan was het geen wonder dat Hannah aarzelde om uit Bath weg te gaan. Hannah draaide zich weg van de man en liep met grote pas- sen naar de koets. Een dame onwaardig 1-400.indd 17 04-08-15 13:28
18 ‘John, kijk,’ riep Marianna. ‘Jurouw Rogers is gekomen om met ons mee te gaan!’ Haar lange man verstijfde en keek met een ondoorgrondelijke uitdrukking naar de vrouw. Hannah Rogers snelde intussen naar hen toe, waarbij haar reis- tas tegen haar benen sloeg. Marianna straalde. ‘O, Hannah, wat ben ik blij je te zien! Ik zie vreselijk op tegen deze reis, maar met jou aan mijn zij is het lang zo erg niet.’ ‘Geldt het aanbod nog steeds?’ vroeg Hannah die hijgend op adem probeerde te komen. Marianna negeerde de boze blik van haar man en glimlachte naar haar toekomstige gezelschapsdame. ‘Natuurlijk.’ ‘En ik mag teruggaan als het me niet bevalt?’ ‘Je zult geen gevangene zijn, Hannah. En ik wilde dat ik over mezelf hetzelfde kon zeggen.’ Ze wierp een venijnige blik naar sir John en verwachtte zijn afwijzing – er mocht absoluut nie- mand mee op hun reis. Hij klemde zijn kaken op elkaar maar zei niets. De ingehuurde knecht bond de reistas van Hannah vast aan de andere tassen. Alle drie stapten ze in en ze gingen zitten op de fuwelen kussens van het chique interieur. Marianna reikte omhoog en betastte de gouden kwastjes van de kostbare blauwe raamgordijnen en mompelde: ‘Wat een mooie kooi.’ Ongemakkelijk zwijgend reden ze door de nacht en stopten onderweg alleen om paarden te verwisselen bij herbergen. Kramp- achtig en slaperig zat Marianna zo ver mogelijk bij sir John van- daan op de bank die ze deelden. Ze leunde tegen de wand van het rijtuig en keek door de zijramen naar buiten om zijn blik te ontwijken. De koperen lantaarns buiten het venster gloeiden voortdurend . Uiteindelijk verbleekte de nacht en begon de dageraad de lucht rood te kleuren, hen volgend op hun weg naar het westen langs het Kanaal van Bristol. Jurouw Rogers, neergestreken op het opklapbankje, leek met Een dame onwaardig 1-400.indd 18 04-08-15 13:28
19 elke kilometer rustelozer te worden. Met een gerimpeld voor- hoofd zat ze op haar lip te bijten en continu met haar lange vin- gers in haar schoot te draaien. Buiten begon het licht te mieze- ren en als Marianna zich niet vergiste, waren de ogen van haar gezelschapsdame ook vochtig. Toen ze weer een onbekend gehucht binnenreden en langs de dorpsweide denderden, zagen ze alle drie door het raam een ernstig tafereel: een paar lage schandblokken. Op de grond er- achter zaten twee vrouwen, vastgezet aan de enkels. Eén vrouw keek boos en vloekte naar de joelende voorbijgangers. De andere staarde voor zich uit met een kalme waardigheid, voor zover haar vernederende positie dat toeliet. Marianna vroeg zich af waaraan de vrouwen zich schuldig hadden gemaakt. Het viel haar op hoe ieder van hen de consequenties van haar daden, wat die ook mochten zijn geweest, onder ogen zag. Een koude rilling gleed over haar rug. Zou zij de consequenties van haar eigen daden onder ogen zien? Direct schudde ze die ongemakkelijke ge dach- te van zich af. Er zou haar niets gebeuren. Het was niet haar eigen fout geweest – of haar idee. En trouwens, ze hadden al meer dan twee jaar geen problemen gehad. Een tijdje later stopten ze bij een volgende herberg. Tot dan toe hadden ze gereisd met een span van vier paarden, gemend door een reeks postiljons. Maar deze herberg had slechts twee paarden ter beschikking, die ook nog eens slecht bij elkaar pas- ten. De vermoeide postiljon vertrok en werd vervangen door een frisse jongeman van een jaar of twintig. Hij veranderde de kist aan de voorzijde in een bok en ging daar zitten om de teugels te pakken. ‘Het duurt nu niet lang meer,’ zei sir John die de weg achter hen heel goed in de gaten bleef houden. ‘We beginnen nu aan het laatste korte stuk van de reis.’ Toen ze de binnenplaats van de herberg verlieten, ging de miezer over in slagregen. De wind trok steeds verder aan en huilde om het rijtuig dat hierdoor behoorlijk deinde. Ze verloren bijna hun evenwicht toen de jonge koetsier de Een dame onwaardig 1-400.indd 19 04-08-15 13:28
20 paarden naar de kant van de weg trok en halt hield. Hij draaide zich om op de bok om door het raam aan de voorkant van de koets naar binnen te kunnen kijken. Sir John opende de klep om te horen wat de jongeman te zeggen had. Zijn woorden werden vervormd door de wind en de regen. ‘De wegen zijn vreselijk slecht, meneer. De storm wordt steeds heftiger. Ik geloof niet dat het verstandig is om door te gaan.’ ‘Kom, jongeman, zo ver kan het niet meer zijn.’ ‘Drie mijl, ongeveer.’ ‘En geen herberg meer?’ ‘Nee, meneer. Maar misschien dat een boer ons laat schuilen in zijn schuur.’ ‘Een schuur… met deze dames? Nee. We moeten door. Ik heb daar zo mijn redenen voor.’ ‘Maar, meneer…’ ‘Je zult er geen spijt van krijgen.’ Door de klep gaf sir John de jongeman een kleine maar volle beurs. ‘En nog een keer zo veel als je ons daar veilig afevert.’ De jongeman zette grote ogen op. ‘Jazeker, meneer.’ Hij veeg- de de regen van zijn gezicht en draaide zich weer naar voren, waardoor de klep naar beneden viel. Marianna protesteerde: ‘John, die jongen heeft gelijk. Het is gekkenwerk om door te gaan en ons allemaal de dood in te jagen.’ Plotseling ging Hannah rechtop zitten. ‘Laat mij alstublieft uit- stappen. Ik had niet moeten komen. Het was een vergissing.’ Verbijsterd keek Marianna haar strak aan. Sir John ook. ‘Ik moet teruggaan.’ Bijna wanhopig bleef Hannah volhou- den. Met een meedogenloos strakke mond schudde sir John zijn hoofd. ‘We gaan niet terug.’ ‘Dat weet ik… ik vind zelf mijn weg wel terug. U hoeft me er alleen maar uit te laten.’ Ze stond op en deed een uitval naar de deur, maar hij hield haar tegen met een sterke, uitgestrekte arm. Een dame onwaardig 1-400.indd 20 04-08-15 13:28
21 ‘Ik kan je hier niet met goed fatsoen laten uitstappen,’ zei hij. ‘Niet op zo’n eenzame weg en in dit noodweer.’ ‘Hannah,’ smeekte Marianna. ‘Je stemde ermee in om met me mee te gaan. Ik heb je nodig.’ ‘Maar ik moet –’ De koetsier liet zijn zweep knallen, de paarden trokken en het rijtuig kwam in beweging. Tot Marianna’s opluchting had haar gezelschapsdame nu geen kans meer om hen een tweede keer zo plotseling te verlaten. Hannahs ogen vulden zich met tranen, die vervolgens over haar dunne wangen liepen. ‘Zie je nu wat je gedaan hebt, John?’ zei Marianna boos tegen haar man. ‘Je hebt haar van streek gemaakt. Mijn enige vriendin ter wereld en jij hebt haar van streek gemaakt.’ Nukkig voegde ze eraan toe: ‘Het heeft toch geen zin. Hij vindt me toch wel.’ Sir John liet zich niet kennen en staarde strak voor zich uit, hoewel er weinig te zien was door het voorraam naast de fap- pende overjas van de koetsier. Marianna keek weer naar Hannah en het viel haar op dat ze haar gezicht afgewend hield om haar tranen te verbergen. Marianna vroeg zich even af waarom de jonge vrouw, die in het verleden altijd zo stoïcijns en gereserveerd had geleken, nu zo overstuur was. Maar op dit moment had Marianna haar eigen problemen die haar gedachten vulden. Ze draaide zich naar het raam en tuurde naar de striemende regen, de berm vol onkruid tussen de weg en de steile kustlijn. Af en toe ving ze een glimp op van het grijze Kanaal van Bristol. Hij zal me vinden, stelde ze zichzelf weer gerust. Eerder is hem dat ook gelukt. Maar sir John had deze keer veel voorzorgsmaatregelen ge- troen en was duidelijk meer gedecideerd dan ooit. Zij was ech- ter ook gedecideerd. Er waren dingen veranderd: ze had nu hun kind om aan te denken. En ze zou veel meer van dat kind hou- den dan haar vader ooit van haar had gehouden. Haar borstkas kneep zich samen bij die gedachte. Had ze maar een manier kunnen bedenken om Anthony in te lichten. Nu was het te laat. Een dame onwaardig 1-400.indd 21 04-08-15 13:28
22 Plotseling slipten de wielen van de koets alsof ze over ijs reden en ze verloren hun grip op de modderige weg. Het voertuig slingerde. De paarden gingen tekeer. Net als Marianna. Hannah gilde: ‘Almachtige God, help ons. En bescherm hem!’ Het rijtuig rolde op zijn kant. Een harde knal, gehinnik en het voertuig vloog, gewichtloos. Een tel later viel het naar beneden. Over de rand in de richting van het kanaal. De rotskust kwam in volle vaart op hen af. Een enorme dreun schudde haar hoofd en botten door elkaar. Een wiel vloog langs het raam. Het volgende moment vlogen ze weer door de lucht, waarna de bovenkant van de koets tegen de rotsen sloeg. Het rijtuig rolde en rolde, totdat ze alle gevoel voor boven en onder kwijt was. De wereld draaide heftig en eindigde in een verblindende botsing. Daarna was ze zich nergens meer van bewust. Een dame onwaardig 1-400.indd 22 04-08-15 13:28
JULIE KLASSEN E en dame onwaardig JULIE KLASSEN E en dame onwaardig ROMAN Na een ongeval wordt een gezelschapsdame onverwacht aangezien voor een vrouw van stand. Een geluk bij een ongeluk? Als Hannah Rogers bijkomt in een voor haar onbekende kamer, wordt ze omringd door liefdevolle blikken, maar geen van de mensen aan haar bed komt haar bekend voor. Haar geheugen heeft haar in de steek gelaten. De ring aan haar vinger vertelt haar dat er iets niet klopt en vaag herinnert ze zich een tragedie met een baby. Als haar langzaam duidelijk wordt wat er zich in het verleden heeft afgespeeld en welke vergissing er is gemaakt, besluit ze haar mond te houden. Alleen wat zal Sir John doen als hij haar bedrog ontdekt? Hoewel iedereen beweert dat ze veilig is, begeeft ze zich in een huis vol vreemdelingen en kan ze niemand vertrouwen buiten zichzelf. Julie Klassen schrijft intrigerende romans die zich afspelen in de Regency-periode in Engeland. Eerder verschenen van haar hand onder andere De apothekersdochter, De stille gouvernante en Het geheim van Pembrooke Park. ISBN 978 90 297 2429 6 NUR 342 www.uitgeverijvoorhoeve.nl Na een ongeval wordt een gezelschapsdame